Heb je de illustratie al bekeken?
Einde

De behaaglijke stilte

Hoe kunnen we Gods stem verstaan?

twee tekstbalonnen



kalender

  1.   Wat staat er vandaag op de agenda?

Waarachtig, ik verzeker u; de Zoon kan niets uit zichzelf doen, Hij kan alleen doen wat hij de Vader ziet doen; en wat de Vader doet, dat doet de Zoon op dezelfde manier. (Johannes 5:19 NBV)

Steeds weer zocht Jezus de stilte op zodat Hij, door niets en niemand afgeleid, kon spreken met zijn Vader. Een gedeelte van de conversatie luidt misschien als volgt: "Vader, met wat kan ik U vandaag plezieren? Hoe kan ik U eren en uw liefde aan de mensen tonen? Wat staat er vandaag op de agenda? En wat denkt U over … ?"

Jezus dringt er op aan dat wij zijn voorbeeld volgen, en ons geregeld terugtrekken achter een gesloten deur, om te spreken met de Vader. Hoe wij bidden weerklinkt in het Onze Vader en ook in tal van psalmen: het gesprek bevat complimenten, wensen en verlangens, verontschuldigingen … En blijkens die psalmen, komen in dat onderhoud soms diepe emoties naar boven.

Maar hoe beantwoordt God onze vragen betreffende de agenda van vandaag? Beïnvloedt Hij zwijgend de omstandigheden van het leven, of voegt Hij daar commentaar aan toe? Spreekt Hij ons ook aan, en hoe klinkt zijn stem? Hoe vermijden we dat onze impressies ons misleiden? Hierna zoeken we het uit. We gaan na welke kanalen God gebruikt om de mens toe te spreken en hoe wij daarop kunnen afstemmen.

Klik op de hierna vermelde thema's, en kom er meer over te weten.

Als hij mij roept, zal Ik hem antwoord geven. Als hij het moeilijk heeft, zal Ik bij hem zijn. Ik zal hem bevrijden en hem in ere herstellen. (Psalm 91:15 HTB)




gebroken sleutel

  2.   God spreekt doorheen het leven

daar gearriveerd, brak de sleutel in het slot

God spreekt ons toe doorheen de omstandigheden van het leven. Hoe die non-verbale communicatie concreet kan werken, blijkt uit navermeld verslag. Het illustreert hoe God deuren sluit en andere deuren opent, en zo het leven bijstuurt.

Jaren terug zocht ik - aangemoedigd door vrienden - een woning in de buurt van Antwerpen, overtuigd dat dit mijn nieuwe biotoop was. De zoektocht leek succesvol want in de straat waar mijn vrienden woonden, vond ik een appartement aan een schappelijke prijs. Het contact met de eigenaar viel mee: een vriendelijke man waarmee goed te praten viel. Vervelend was wel dat ik tijdens het bezichtigen van de woning plots ziek werd en niet meer op mijn benen kon blijven staan - iets wat ik noch voordien, noch daarna ooit heb meegemaakt. Er werd dan maar een afspraak gemaakt voor het volgend weekend voor het tekenen van het huurcontract.

Enkele dagen later belde de zoon van de eigenaar mij echter op met de mededeling dat de huur niet doorging … Vreemde uitleg, maar de zoektocht werd twee weken later hervat en bracht mij in dezelfde straat bij een oude dame die een verdieping van haar huis verhuurde. Ik mocht plaats nemen aan tafel want met assistentie van een buurman zou de papierwinkel direct geregeld worden. Dat zat dus goed! Maar de buurman taxeerde mij met een afkeurende blik en raadde de dame aan om mij wandelen te sturen, wat prompt gebeurde.

Terug op straat ontmoette ik de eigenaar van het eerste appartement. Die begreep niet waarom ik de zaterdag voordien niet was opgedaagd om het contract te tekenen, en hij had intussen - tegen zijn zin - het appartement verhuurd aan een vriend van zijn zoon. Uit het verdere gesprek bleek dat zoonlief zonder vaders medeweten mijn telefoonnummer had gevonden en mij had opgebeld om de afspraak te annuleren.

Geen nood, de eigenaar had in de buurt nog een huisje dat misschien geschikt was. Daar gearriveerd, brak de sleutel in het slot, zodat ik de woning niet kon bezichtigen. Bij die nieuwe tegenslag ging bij mij een lichtje branden. Wat hier gebeurde was geen toeval meer. Het leek alsof God letterlijk alle deuren sloot.

Het verhaal kreeg een vervolg. Korte tijd nadien ontmoette ik een vriend die zich in Gent wou vestigen in een groot pand, liefst niet alleen. Overtuigd dat dit de goede keuze was, gingen we samen op huizenjacht. Maar ook die zoektocht naar een gemeenschappelijke woning liep op niets uit. Gedwongen door tijdnood, zochten we dan maar elk apart een woning, en toen ging het ons beiden voor de wind en vonden we op enkele dagen wat we zochten. Later begreep ik dat dit samenwonen geen goed idee was, en waarom God ook die deur gesloten hield …

voorzichtig omgaan met impressies

De huizenjacht leerde mij om voorzichtig om te gaan met impressies. De initiële overtuiging dat mijn levensweg naar Antwerpen leidde - mede ingegeven door het enthousiasme van mijn vrienden - was onjuist. En ook het latere alternatief van cohousing, dat uit de hemel leek te vallen, bleek niet de beste keuze. Telkens weer blokkeerde God de weg, om dan een andere weg te openen. Zitten de omstandigheden tegen, en lukt het maar niet, dan wil Hij ons misschien in een andere richting sturen.

Het feit dat God zich niet afzijdig houdt, maar actief tussenbeide komt en spreekt doorheen de omstandigheden van het leven is een geruststellende gedachte. Want de plaats waar je gaat wonen, de mensen die je ontmoet, de job die je uitoefent … bepalen in grote mate je verdere leven, en het is goed dat God zich dat allemaal aantrekt. Niet dat het leven altijd ideaal verloopt. Neen, we nemen soms foute beslissingen die níet van hogerhand verhinderd worden. We betalen dan leergeld, en zo worden we volwassen. En ook juiste beslissingen kunnen ons naderhand soms zuur opbreken... dat hoort nu eenmaal bij het leven. Waarom God soms wel, en soms niet tussenbeide komt is een vraag waarop we bij een terugblik jaren later, soms het antwoord kennen.

geloofwaardig wanneer je dat kan plaatsen in een ruimer kader

Maar dat de moeilijkheden in die zoektocht naar een woning ook werkelijk iets met God te maken hadden, komt slechts geloofwaardig over wanneer je dat kan plaatsen in een ruimer kader. Want die ervaring volgde op een gebed waarin God gevraagd werd het leven bij te sturen, en zo'n tussenkomst van God gebeurde ook in andere situaties. Bovendien merk je dat God ook bij anderen - in vriendenkring en in lectuur allerhande - soms op die manier werkt. Gaandeweg groeit dan het vertrouwen dat God hier echt aan het werk is.

Het feit dat alles van een leien dakje loopt en dat men telkens weer medewerking verkrijgt van derden, wijst er wellicht op dat God het initiatief genegen is, en dat Hij op de achtergrond alles in goede banen leidt. Maar soms is Gods antwoord NEEN, en dat kan zich dan uiten in een stilzwijgen, in een gebrek aan medewerking of zelfs in barrières die opgeworpen worden.

We moeten leren onze omstandigheden te "lezen". Dat geldt ook wanneer het mee zit: één zwaluw maakt de lente niet. Een meevaller kan een toevalstreffer zijn. We mogen dus niet te voortvarend zijn, en wachten liefst op confirmatie. En alles moet ondersteund worden door de innerlijke overtuiging dat het goed zit. Dan pas staat het licht op groen.



  3.   De eerste christenen als illustratie

onweerswolken

In de hierna vermelde tekst beschrijft Lucas hoe God de eerste christenen leidde. Wat voorafgaat is een woordenwisseling tussen Paulus en Barnabas: zij slagen er niet in om op één lijn te komen, en hun wegen scheiden. Op het ogenblik zelf leek alles kommer en kwel. Waarom dat verschil in visie? Hoe kan het dat dit geschil niet wordt bijgelegd? Maar ook hier lijkt het dat God deze gebeurtenissen regisseerde: Hij stuurde Paulus naar Macedonië, en Barnabas naar een andere bestemming. Hoe die reisplannen naar Macedonië concreet vorm kregen, lezen we hierna.

Ze trokken door Frygië en de landstreek Galatië, omdat ze door de heilige Geest werden verhinderd Gods woord in Asia te verkondigen. Toen ze bij de grens van Mysië kwamen, wilden ze doorreizen naar Bitynië, maar dat stond de Geest van Jezus hun niet toe. Daarom trokken ze door Mysië tot ze de kust bereikten en in Troas aankwamen. Daar kreeg Paulus 's nachts een visioen, waarin een man uit Macedonië hem toeriep; "Steek over naar Macedonië en kom ons te hulp!" Toen Paulus dit visioen had gezien, wilden we meteen naar Macedonië vertrekken, omdat we eruit opmaakten dat God ons geroepen had om aan de mensen daar het evangelie te verkondigen. (Handelingen 16:6 - 10 NBV)

Bij de eerste regels van dit uittreksel blijven we op onze honger zitten. We lezen weliswaar dat ze "door de Heilige Geest werden verhinderd" en dat "de Geest van Jezus het hun niet toestond". Maar hoe dat effectief in zijn werk ging, komen we niet te weten. Het verhaal gaat verder en wordt dan, met de beschrijving van een visioen, wél concreet. Moeten we ons de eerste regels ook zo voorstellen? Sprak God tot hen via een droom, een innerlijke overtuiging, een profetische boodschap, ... ? Of is er sprake van een door God bestuurde feitelijke onmogelijk­heid, zoals bij diegene die vandaag op reis is, en er niet in slaagt een ticket voor een overvaart te kopen?

Natuurlijk mag niet elke tegenslag begrepen worden als een haltuitroep van hierboven. Goede initiatieven worden door de vijand tegengewerkt, en het leven verloopt soms stroef. Een onweerswolk mag ons niet beletten om naar het werk te gaan. Telkens weer moet worden aangevoeld uit welke hoek de wind komt.

Wij stonden dan ook meer dan eens op het punt naar u toe te komen - ik, Paulus, niet in de laatste plaats, maar Satan heeft het ons belet. (1 Tessalonicenzen 2:18 NBV)

Hoe dan ook, het Nieuwe Testament toont dat ook de eerste christenen geen volkomen inzicht hadden. Zelfs voor zijn beste vrienden blijft God dus soms de zwijgende God! Soms wilden ze de andere richting uit en werden dan bijgestuurd door feitelijke overmacht. Zoeken en vinden, vallen en opstaan … horen bij het leven.



  4.   Een sprekende liefdevolle Vader

meisje met lang haar

het doet onze persoonlijkheid meer recht aan

Moeten we genoegen nemen met open en gesloten deuren? Of kunnen we God ook op een meer persoonlijke manier horen spreken?

Want het zou mooi zijn wanneer we Hem niet enkel herkennen in de omstandigheden van het leven, maar ook in onze gedachten en gevoelens. Een relatie waarin dat het geval is, doet onze persoonlijkheid - en die van God - meer recht aan. Wanneer we God niet alleen buitenaf, maar ook binnenin ervaren, zijn we als persoon meer betrokken bij het gebeuren. We delen dan in de besluitvorming: we maken onze wensen aan elkaar bekend en bespreken dag aan dag wat er te gebeuren staat.

een aangenaam samenzijn

Zo'n omgang sluit aan bij het Bijbelse godsbeeld: God is een sprekende God - de God van het Woord - en Hij is tegelijk de liefdevolle Vader die garant staat voor het dagelijks brood, en al het overige dat de mens behoeft. Hij heeft belangstelling voor de kleinste details van ons leven, want Hij telt het aantal haartjes op ons hoofd - Jezus kon het niet duidelijker zeggen!

Jezus van zijn kant, spreekt zijn discipelen aan als vrienden. Zovele aanwijzingen dat God verlangt naar een persoonlijke affectieve band, in de stijl van een vader-kind relatie of een relatie tussen boezemvrienden. En dat vraagt om samenzijn en intieme gesprekken van hart tot hart.

Als iemand van Mij houdt, zal hij doen wat Ik heb gezegd. Mijn Vader zal van hem houden en samen zullen wij bij hem komen wonen. (Johannes 14:23 HTB)

Ik noem jullie geen slaven meer, want een slaaf weet niet wat zijn meester doet; vrienden noem ik jullie, omdat ik alles wat ik van de Vader heb gehoord, aan jullie bekendgemaakt heb. (Johannes 15:15 NBV)

Wie toenadering zoekt tot God en daarin volhardt, mag dus een aangenaam samenzijn verwachten, waarin behaaglijke stilte afgewisseld wordt met boeiende gesprekken. Zo ging het er aan toe tussen Jezus en zijn Vader: een dialoog waarin Jezus dag aan dag zijn Vader uitnodigde om zich in de wereld te openbaren, en waarin de Vader zijn Zoon liet zien wat Hij zinnens was te doen. Jezus treedt zo in het spoor van de oudtestamentische profeten want ook zij wisten dat Jahweh hen wou betrekken bij zijn werk, door te tonen wat er zou gebeuren.

Ik kondig jullie nieuwe dingen aan; nog voor ze ontkiemen zal Ik ze openbaren. (Jesaja 42:6 NBV)

De Heer God doet nooit iets zonder dat Hij zijn besluit onthult aan zijn dienaren, de profeten. (Amos 2:7 WV)



  5.   De waarheid is versluierd

mediaoorlog in de wolken

een media-oorlog

Soms vlot het gesprek niet zo. God lijkt dan onvindbaar, of we hebben grote moeite om Gods stem te onderscheiden van andere stemmen en van onze eigen emoties en verlangens. Bovendien is wat we horen of zien, soms in strijd met de inzichten van een ander. Is dat verwonderlijk?

Je zou verwachten dat spreken met God, voor een mens die gemaakt is naar zijn beeld, niet te moeilijk is. Maar de mens heeft zich tegen God gekeerd en is nu beschadigd en innerlijk verdeeld. Het gevoelsleven is vertroebeld en de wil is zwak. Hij heeft het moeilijk om waarheid van leugen te onderscheiden, en vaak neemt hij ook zelf bewust een loopje met de waarheid. Er is een strijd om de gedachten - een oorlog ontketend in het paradijs, waar de slang Gods woord verdraaide en halve waarheden verkondigde. Die vijand verscheen ook ten tonele wanneer Jezus' missie startte met een periode van intens gebed in de woestijn: ook hier werd Gods woord op een subtiele manier verdraaid om het tegendeel te zeggen. De bewogen kerkgeschiedenis illustreert die voortdurende strijd. In onze tijd woedt ook in alle hevigheid een media-oorlog, met eindeloos veel leugens en bedrog in de sociale media en op websites allerhande. De twijfel omtrent wat nu waar is, tast bijvoorbeeld ook het correct historisch geloof in Jezus aan. Ze vormt een hinderpaal voor een juist godsbegrip, en bemoeilijkt het horen van Gods stem.

wie God bewegingsvrijheid geeft

Zelfs nu nog ligt er een sluier over de Boeken van het oude verbond wanneer ze worden voorgelezen. Deze sluier wordt alleen weggenomen door het geloof in Jezus Christus. Ja, ook in deze tijd zijn zij verblind, als zij lezen wat Mozes geschreven heeft. Maar als iemand zich tot de Here bekeert, wordt die sluier weggenomen. (2 Korintiërs 3:14 - 16 HTB)

De waarheid is versluierd. Hetgeen Paulus toepasselijk acht op zijn volksgenoten, geldt ook in latere tijden: er is een smog in de gedachtewereld. Maar wie God uitnodigt, merkt dat de nevel wordt verdreven door een weldadig zonlicht. Hij wordt innerlijk vernieuwd en krijgt een toenemend inzicht in zichzelf, in de relatie tussen God en mens en in de zinvragen van het leven. Waar de Bijbel voorheen niet aansprak, is er nu de verwondering dat sommige zaken zo helder geformuleerd zijn. De eeuwige zoeker kan tot rust komen en is nu klaar om door God te worden aangesproken.



  6.   Basisinfo en specialistische kennis

boer en ingenieur

je heb geen doctorstitel nodig om te weten wat die gulden regel betekent

Zijn Gods woorden moeilijk te verstaan voor wie Hem welkom heet? Ja en neen. Sommige discipelen waren zo onder de indruk van Jezus' gezaghebbende woorden en zijn uitstraling, dat ze hun visnetten of hun tolkantoor achterlieten om Hem belangeloos te volgen. Ze begrepen Hem, ook al verstonden ze Hem nauwelijks.

Gods basisinfo begrijpen is voor een open hart niet moeilijk. Net zoals Jezus' prediking gunstig onthaald werd door zijn publiek - in tegenstelling tot de hoogdravende uitleg van de schriftgeleerden - zijn de evangelies ook voor ons gemakkelijk te begrijpen. De morele regels kun je samenvatten met de woorden "Behandel de andere zoals je wil dat hij je behandelt". Natuurlijk sta je soms voor een dilemma, maar in negen op de tien gevallen heb je geen doctorstitel nodig om te weten wat die gulden regel in de praktijk betekent. Soms is het tegendeel zelfs waar: Jezus werd vaak geconfronteerd met goed geschoolde toehoorders, die doof en blind waren voor dat basisonderwijs.

de moeite die een landbouwingenieur ervaart

Maar er is ook specialistische kennis. De gelijkenis van de zaaier lijkt dan wel eenvoudig, maar dit doet geen afbreuk aan de moeite die een landbouwingenieur ervaart om inzicht te krijgen in de complexe processen die daar werkzaam zijn. De onvruchtbare verharde bodem, de irrigatie, de kiemkracht van de zaden, de invloed van licht en lucht, ziekte- en onkruidbestrijding … er valt veel over te zeggen. Zeker wanneer de zaken fout lopen, kan specialistische kennis nodig zijn om de situatie te remediëren. Het leven is simpel en ingewikkeld tegelijk, afhankelijk van het feit of we handelen als boer of als ingenieur.

Ook sommige bijbelverzen getuigen van complexiteit, bijvoorbeeld de teksten die gaan over de geestelijke strijd, of de profetieën betreffende de toekomst die ons te wachten staat: wat Daniel en Johannes daarover schrijven, is echt niet eenvoudig!

Landbouwingenieurs hebben we nodig, maar vooral ook boeren die het land bewerken. Wat basisinzicht in de chemische processen kan de boer natuurlijk ook gebruiken, maar het is niet nodig dat hij al die scheikunde beheerst. Hij ploegt en zaait en oogst, maar hoeft niet te weten hoe het zaadje ontkiemt, want de grond draagt vanzelf wel vrucht.

Paulus' raadgeving in dit verband is tweeledig. Enerzijds zegt hij "... beoordeel uzelf eerlijk en denk niet te hoog van uzelf, bepaal uw eigen waarde naar de mate van het geloof dat u van God ontvangen hebt." (Romeinen 12:3 HTB) Anderzijds raadt hij zijn lezers aan te zoeken naar die diepere kennis. Maar dat inzicht is geen doel op zich, en het is niet de hoogste trede: de ingenieur komt niet boven de boer te staan. Integendeel, wie groot wil zijn, moet dienen. En wie prat gaat op zijn diploma's, zijn kennis of ervaring, toont dat hij het niet begrepen heeft.

Laat de liefde uw doel zijn, maar streef ook naar de gaven van de Geest, in het bijzonder naar het spreken namens God. (1 Korintiërs 14:1 HTB)

niet voor niets heeft God dat domein aan het menselijk oog onttrokken

youtube logo Bekijk je liever de video? 'Simon de Tovernaar - De wereld van de magie' (8')

Jezus legt in zijn onderwijs het accent op een juiste levenshouding in het gewone leven, gefundeerd op een godsrelatie, en dus niet op het beheersen van processen in een onzichtbare wereld door bijzondere kennis. Soms verwijst Hij wel naar die strijd achter de schermen: naar engelen en boze geesten. De verborgen sferen zijn eerder hun terrein, dan dat van de mens, want niet voor niets heeft God dat domein aan het menselijk oog onttrokken.

Natuurlijk zijn onze gesprekken met God ook gesitueerd in de onzichtbare wereld. Maar de bekwaamheid om Hem te contacteren werd ons niet gegeven om die verborgen wereld te exploreren. God verbiedt formeel om rond te neuzen in het paranormale. Doen we dat wel, dan worden we een speelbal van ongekende krachten die we met ons intellect, onze wilskracht en onze geest niet kunnen beheersen. En dan kunnen we het vergeten om nog contact met God te hebben.

Bescheidenheid en bovennatuurlijke ervaringen staan op gespannen voet met elkaar. Het zijn sterke schouders die weelde kunnen dragen. Wie grote dingen hoort of ziet of doet, loopt het risico zichzelf te hoog in te schatten. Dat gevaar wordt ingeperkt wanneer we het gewone dagelijkse leven naar waarde schatten. Navermelde teksten illustreren dat schijnbaar onbeduidende handelingen die voortkomen uit vriendschap of medeleven, door God hoog gewaardeerd worden, in tegenstelling tot grootse daden, geboren uit arrogante trots.

Wie jullie een beker water geeft, omdat jullie bij Mij horen zal vast en zeker een beloning krijgen. (Marcus 9:41 HTB)

… "Heer, Heer, hebben wij niet in uw naam geprofeteerd, hebben wij niet in uw naam demonen uitgedreven, en hebben wij niet vele wonderen verricht in uw naam?" En dan zal ik hen rechtuit zeggen; "Ik heb jullie nooit gekend. Weg met jullie, wetsverkrachters!" (Matteüs 7:22 - 23 NBV)

de middelmatigheid of de saaiheid van het eigen leven

Wie de Bijbel leest, ziet het contrast tussen de wonderlijke gebeurtenissen en de middelmatigheid of de saaiheid van het eigen leven. Maar de uitleg voor dit contrast ligt ten dele in de specifieke aard van het geschrift. Net zoals de kranten en het tv-journaal vooral markante feiten weergeven, vertelt de Bijbel niet zoveel over het gewone dagelijkse leven. Het verhaal van een zieke die vele jaren tot Jahweh heeft gebeden voor herstel, alvorens Jezus langs kwam en een genezend woord uitsprak, wordt ingekort tot één alinea: enkel het moment van genezing wordt beschreven. Omdat de lange en soms saaie weg van dagelijkse plicht en vertrouwen onbesproken blijft, kan de indruk ontstaan dat het leven een aaneenrijging van grote of kleine wonderen moet zijn. Maar dat wonder kan voorafgegaan of gevolgd worden door vele jaren van geloven zonder zien. God wil waar nodig tussenbeide komen, maar meestal verloopt het leven op de langzame natuurlijke manier via gewone wegen. Snelgroeiende houtsoorten zijn niet duurzaam - voor de mens geldt doorgaans hetzelfde.

In onze cultuur zal het feit dat God de mens persoonlijk toespreekt en soms bovennatuurlijke oplossingen geeft, moeilijk landen. Het moet echter niet onze ambitie zijn het spectaculaire te promoten. De roeping van Paulus en de visioenen van Johannes tonen dat God soms bijzondere middelen gebruikt om de mens aan te spreken. Maar daaruit volgt niet dat dit Gods normale manier van spreken is, noch dat dit per definitie de "betere" communicatie is.

waarom is God zo karig met visioenen?



  7.   Andermans ogen en oren

tekstwolk met What?

aanmatigend en gevaarlijk

Informatiegaring gebeurt meestal indirect. Heel vaak ontvangen we onze informatie niet rechtstreeks uit een authentieke bron, maar komen we via omwegen iets te weten. We benutten zo andermans ogen en oren, en dat is een verrijking. Maar dit houdt ook het risico in van vervorming van de boodschap en van manipulatie.

Dat is tevens het geval met betrekking tot de relatie tussen God en mens: het is aanmatigend en gevaarlijk te denken dat we van de medemens niets te leren hebben omdat God alles aan ons persoonlijk zal openbaren. Vaak geeft Hij via derden een boodschap door, of gebruikt Hij hen om te confirmeren of te weerleggen wat in onze gedachten leeft. Willen we de juiste beslissingen nemen, dan moeten we niet alleen naar binnen en naar boven kijken, maar ook met een open blik zien wat er rondom gebeurt.

Plannen mislukken door gebrek aan overleg, alleen met veel goede raadgevers komt iets tot stand. (Spreuken 15:22 GNB)

geen afstand doen van zijn handelingsbekwaamheid

Hetgeen God van ons vraagt kan botsen met wat de omgeving wenst en wat politiek correct is. We mogen niet kritiekloos steunen op woorden van een derde en zo afstand doen van onze handelingsbekwaamheid, ten voordele van het meerderheidsdenken, of van hetgeen een leider in onze plaats beslist. Zélf de verantwoordelijkheid nemen voor ons leven op grond van een persoonlijke overtuiging, is belangrijk.

En dat geldt ook binnen familie en vriendenkring: een mens zou geen beslissingen mogen nemen - op aanraden of onder druk - waarmee hij geen vrede heeft. Eens men geleerd heeft te luisteren naar de signalen van Gods Geest, is die innerlijke instemming of dat gevoel van vrede een onmisbare toetssteen. En wanneer een beslissing niet alleen het eigen leven betreft, maar ook de familie, de kerk …, dan wordt ook gecheckt of de anderen zich kunnen vinden in het voorstel. Is dit niet het geval, dan is voorzichtigheid geboden.

Uw overtuiging is een aangelegenheid tussen u en God. Gelukkig is wie zich niet schuldig voelt over zijn overtuiging … alles wat niet uit geloof voortkomt is zondig. (Romeinen 14:22 - 23)

We moeten dus zelf in eer en geweten tot een overtuiging komen en onze beslissing motiveren. En we moeten ook aanvaarden dat de medemens op dezelfde wijze wordt gestuurd: manipulatie en morele dwang zijn uit den boze en effenen de weg voor het sektarische. Ooit zal elk mens rekenschap moeten afleggen over zijn doen en laten. Dan zal het niet volstaan te verwijzen naar wat anderen in onze plaats beslist hebben.

U moet ons dus zien als helpers van Christus, belast met het beheer over Gods geheimen. Nu wordt van een beheerder natuurlijk geëist dat hij betrouwbaar is. … Het is de Heer die over mij oordeelt. Oordeel dus niet voorbarig, wacht tot de Heer komt. Hij zal wat in het duister verborgen is, aan het licht brengen en wat er in de harten van de mensen omgaat, openbaar maken. En dan zal iedereen van God de lof krijgen die hem toekomt. (1 Korintiërs 4:1 - 5)



  8.   God spreekt niet op een stereotiepe wijze

stethoscoop en koffietas

God antwoordt op meer dan één manier

Het boek Job beschrijft een crisis als geen ander, en dat leidt tot een gewetensonderzoek waarin alles wordt in vraag gesteld. "Waarom ik?" is een klassieke vraag in verhalen die een lijdensweg beschrijven. Zo ook bij Job: Hij wil weten waarom God al die miserie toelaat. Gods stem verstaan is dan ook één van de thema's van dat Bijbelboek. We lezen onder meer dat "God antwoordt op meer dan één manier", zoals ook blijkt uit de hierna vermelde tekst.

Maar je hebt ongelijk, ik zeg je: God is de meerdere van de mens. Waarom beschuldig je Hem, zeg je: "Hij antwoordt niet, als iemand tot Hem spreekt"? God antwoordt wel, op meer dan één manier, alleen merkt de mens het niet op. In de dromen en visioenen van de nacht, in de tover van de diepste slaap, of wanneer hij ligt te sluimeren, opent God de oren van de mens en laat hem schrikken - een waarschuwing om hem af te houden van een slechte daad, om hem voor hoogmoed te vrijwaren. Hij behoedt hem voor de val in de afgrond, voor het oversteken van de doodsrivier. Of de pijn op zijn ziekbed wijst hem terecht, de nooit aflatende strijd in zijn lichaam, waardoor hij geen voedsel verdraagt en walgt van zijn lievelingsgerecht. (Job 33:12 - 20)

Job krijgt eerst raad van zijn drie vrienden. Zij wisselen elkaar af in het opsommen van gemeenplaatsen en komen niet los van het klassieke patroon, waarin succes en tegenslag direct gekoppeld zijn aan Gods goedkeuring en afwijzing. Maar Job heeft levenswijsheid - hij zag al vaak hoe het noodlot willekeurig toesloeg, en dan probeerde hij de nood te lenigen. Hij luistert naar zijn hart en weet dat de analyse van zijn vrienden fout is: het is niet Jahweh die spreekt doorheen zijn vrienden.

Elihu accentueert Gods soevereiniteit

Nadat de drie zijn uitgepraat, treedt Elihu op de voorgrond. Zijn advies wordt door Job als gezaghebbend erkend, en die goede raad bewerkt een ommekeer. Elihu accentueert Gods soevereiniteit: God is God, de mens kan Hem niet ter verantwoording roepen. Elihu geeft ook uitleg over de communicatie tussen God en mens: God spreekt, maar Hij doet dat niet op een stereotiepe wijze. Hij maakt gebruik van dromen, maar ook van ziekte en ellende. Wie van God een antwoord verwacht, moet niet zoals Jobs vrienden hoog van de toren blazen. Hij kan zich best bescheiden en flexibel opstellen want het antwoord kan ingaan tegen zijn vooronderstellingen en komen uit een onverwachte hoek.

God heeft ook de gewoonte om zijn boodschappen te herhalen. Herhaling is een criterium om te herkennen of een boodschap werkelijk van God komt. Overhaast reageren is dus uit den boze. Ook al omdat er vaak een tijdskloof is tussen het moment van aankondiging en dat van de realisatie. God kan vandaag een roeping duidelijk maken, die pas jaren later wordt geconcretiseerd.

zelden een spectaculaire interventie

God selecteert zelf het kanaal dat Hij wil gebruiken, en zelden is dat een spectaculaire interventie. Hij gebruikt voornamelijk aanschouwelijk onderwijs, verwijzend naar de schepping die de mens omringt. In het boek Job en in tal van psalmen worden natuurverschijnselen aangehaald als bewijs van diepere waarheden. Ook Jezus illustreert zijn boodschap met parabels ontleend aan de natuur, en aan de gang van zaken in het gewone leven.

Gods beeldentaal proberen te verstaan helpt om de communicatie tussen God en ons te verbeteren. Die algemene niet gepersonaliseerde info lijkt op hetgeen tijdens een lezing verteld wordt aan het voltallige publiek. Zo'n basisinfo is noodzakelijk om Gods karakter en zijn eisen te begrijpen. En zij maakt van ons een waardige gesprekspartner die de dingen in de juiste context plaatst. Toch zal die algemene info niet volstaan, want wie persoonlijke vragen heeft en een gesprek van hart tot hart verlangt met de spreker, blijft op zijn honger zitten.

die veelkleurigheid erkennen

De aard van de communicatie, het taalgebruik, de graad van vertrouwelijkheid … is sterk afhankelijk van de persoon en van de context. Een gesprek met de huisarts verloopt anders dan een koffieklets. Een overleg in een directievergadering is niet vergelijkbaar met een vertrouwelijke gedachtewisseling met een vriend. En bij intieme omgang tussen geliefden mag de woordenschat dan wel zeer arm zijn, de gevoelswaarde ervan lijkt meer op vuurwerk, en er wordt zonder woorden heel veel meegedeeld.

Net zo goed is de communicatie tussen God en mens niet eenduidig. God verenigt in zich veel rollen: Hij is Vader, Vriend, Geneesheer, Adviseur, Rechter, Koning … en wij mensen zijn ongelijk qua persoonlijk­heid, en leven elk in onze eigen context. De manier waarop we met God omgaan en de graad van vertrouwelijkheid is verschillend. Een overdenking over Gods manier van spreken moet die veelkleurigheid erkennen. De gelovigen moeten geen christelijk uniform aantrekken, afstemmen op hetzelfde kanaal en luisteren met dezelfde Iphone oortjes. Hij mag uit de ruime garderobe de kledij en het oortje kiezen die hem passen … en waarbij hij Gods welbehagen ervaart.



  9.   De mandataris en de privésecretaris

de mandataris doet wat hij denkt te moeten doen

man met aktentas en secretaresse

Ligt het niet voor de hand dat God in deze complexe wereld mensen roept voor uiteenlopende opdrachten, en dat dit ook leidt tot verschillende omgangsvormen? De verscheidenheid in communicatie wordt geïllustreerd door twee verschillende beroepen. De mandataris en de privésecretaris staan voor uiteenlopende relaties, elk met hun specifieke kenmerken, hun rijkdom en hun risico's.

De mandataris of rentmeester kent de doelstellingen en de waarden van zijn opdrachtgever. Maar binnen die grenzen is hij vrij in de manier waarop hij zijn opdracht uitvoert, en beschikt hij over een budget met de vereiste middelen. Zo'n soort van job komen we al tegen in het eerste Bijbelboek, waar de mens de opdracht krijgt om de aarde te bewerken en te bewaren.

En ook Jezus beschrijft in de parabel van de talenten, hoe de meester naar het buitenland vertrekt en de zorg over zijn bezit aan medewerkers overlaat. Die mandaten houden de erkenning in van het menselijk potentieel en van de menselijke vrijheid: de mandataris doet wat hij denkt te moeten doen, en gaat niet alles vragen aan de grote baas.

Het is als met iemand die op reis ging. Hij riep zijn dienaars bij zich en vertrouwde hun zijn eigendommen toe. Aan de ene gaf hij vijfduizend goudstukken, aan een andere tweeduizend en aan een derde duizend; ieder kreeg wat hij aankon. Toen vertrok hij. Onmiddellijk ging de dienaar die vijfduizend goudstukken had gekregen, er zaken mee doen en hij verdiende er vijfduizend bij. Zo deed ook de tweede en hij verdiende er tweeduizend bij. Maar de dienaar die duizend goudstukken had gekregen, ging een gat graven en verstopte het geld van zijn heer daarin. Een hele tijd later keerde de heer van die dienaars terug en hij riep hen ter verantwoording. De dienaar die vijfduizend goudstukken had gekregen, kwam naar hem toe en overhandigde hem er nog vijfduizend; Heer, u hebt mij er vijfduizend gegeven, kijk, ik heb er nog vijfduizend bijverdiend. Uitstekend, zei zijn heer. Je bent een goed en trouw dienaar. Iets kleins heb je goed beheerd, nu zal ik je over iets groots aanstellen. Kom binnen en vier feest met mij. (Matteüs 25:14 - 21)

werk genoeg in deze gebroken wereld

Wie God leert kennen wordt gemandateerd. Hij kent zijn Opdrachtgever, ontvangt dienstnota's en heeft momenten van overleg met de Grote Baas. Maar verder handelt hij naar godsvrucht en vermogen. Er is trouwens werk genoeg in deze gebroken wereld - daarvoor moet een mens niet wachten op een signaal van boven.

De mandataris ziet en hoort misschien niet zoveel van God, maar hij weet wat hem te doen staat: hij betracht eerlijkheid en doet goed wanneer hij daartoe de kans ziet. Hij ziet dit als zijn opdracht, en vertrouwt er op dat God op de achtergrond aanwezig is en het leven ten goede leidt. De uitspraak "zalig wie niet zien en toch geloven", is hier op zijn plaats.

"Heer, wanneer hebben wij gezien dat U honger had en hebben wij U te eten gegeven? Of dat U dorst had en hebben wij U te drinken gegeven? Of dat U een vreemdeling was en hebben wij U geholpen? Of dat U niets had om aan te trekken, en hebben wij U kleren gegeven? En wanneer was U ziek of zat U in de gevangenis en hebben wij U bezocht?"
Ik zal tegen hen zeggen: "Toen u dit voor één van mijn minste broeders hebt gedaan, deed u het voor Mij." (Matteüs 25:37 - 40)

niet te veel eigen initiatieven

Niet te vergelijken met de mandataris, is de privésecretaris. Hij volgt zijn baas van uur tot uur en krijgt heel specifieke richtlijnen. Bel die eens op. Kijk in mijn agenda wanneer ik hem kan ontmoeten. Stuur die mail eens terug met als opmerking … De privésecretaris ontwikkelt best niet te veel eigen initiatieven.

Wie hier op aarde Gods secretariaat bemant, spiegelt zich aan Jezus' woorden "Ik doe alleen hetgeen ik de Vader zie doen". Vaart hij een eigen koers, dan lukt de samenwerking niet. Iemand met zo'n functie heeft gevoelige geestelijke oren, zodat hij zijn Meester goed verstaat. Als vertrouwenspersoon kan hij zijn baas goed bijstaan, en dankzij zijn inzicht en zijn inside information kan hij moeilijke opdrachten succesvol afronden.

Maar het blijft een delicate job. Hij riskeert cavalier seul te spelen en niet meer open te staan voor correctie, want hij hoort God toch spreken! Stelt hij zich aanmatigend op en loopt hij te koop met zijn inzichten, dan gaat het de verkeerde kant uit. Hij spreekt nog wel dezelfde taal, maar hij werkt zijn Baas nu tegen. De privésecretaris mag zichzelf dus niet te zeer au sérieux nemen. Alles wat hij heeft, heeft hij gekregen. Ook hij is vervangbaar en ook hij is maar een mens, die zich kan vergissen.

hun job ligt er ergens tussenin

De meesten onder ons zijn noch privésecretaris, noch mandataris. Onze job ligt er ergens tussenin en sluit aan bij onze persoonlijkheid en onze talenten, en de context waarin we leven. Wij moeten dus een evenwicht vinden tussen twee uiteenlopende benaderingen en met God leren communiceren op een wijze aangepast aan onze persoonlijkheid en roeping, en aan de uitdagingen van het moment.



  10.   Een rangorde van betrouwbaarheid

de spamfilter activeren

logo van Facebook en van Twitter

Gods stem kan ervaren worden via tal van wegen. Maar we ontvangen via diezelfde kanalen ook veel andere berichten. Gods woorden concurreren met de woorden van de medemens, de sociale media, de alomtegen­woordige reclame, tv en radio... Willen we God horen, dan moeten we de spamfilter activeren en selectief zijn in ons kijken en ons lezen, en geen rommel toelaten. Zijn we niet kieskeurig, dan wordt al onze aandacht opgeëist door de vele polemieken en faits divers die niet altijd het beste in de mens bovenhalen.

Ook moeten we onze nieuwsbronnen klasseren volgens rangorde van betrouwbaar­heid. Dan verkleint het risico dat we om de tuin worden geleid. We moeten kritisch blijven en elke boodschap toetsen door vergelijking met andere kennisbronnen. Openstaan voor een second opinion is noodzakelijk. Want het feit dat iemand gevoelige 'geestelijke' oren heeft, garandeert niet dat de woorden die hij meent te horen ook echt van God komen, dat hij de boodschap correct interpreteert en die kennis ook op de juiste wijze gebruikt.

U moet alles wat gezegd en gedaan wordt, op zijn echtheid beproeven, en alles wat goed is, vasthouden. (1 Tessalonicenzen 5:21)

een analogie met de waarde van bewijsmiddelen

Er is een analogie tussen die orde van betrouwbaarheid van bronnen, en de waarde die ons rechtssysteem toekent aan bewijsmiddelen. Geschriften opgesteld in onverdachte omstandigheden - in tempore non suspecto - staan hoog in de hiërarchie. Dat is logisch want wat op papier wordt gezet, is meestal overwogen en doordacht, en kan ook ongewijzigd doorgegeven worden. Dat geldt in de eerste plaats voor een ondertekende akte en voor documenten waarin feiten worden vastgesteld. Een proces-verbaal of een verslag van een deskundige geldt als waar.

Een mondeling getuigenis telt ook, maar bij voorkeur zijn er meerdere getuigen, waarvan de verklaringen concorderen.

Belangrijk is uiteraard of de persoon die het geschrift heeft opgesteld of die het getuigenis geeft, betrouwbaar is. Liefst wordt beroep gedaan op een deskundige die geen belanghebbende partij is. We doen beroep op ooggetuigen en dus niet iemand die ergens iets heeft horen waaien.

Onderaan in de hiërarchie staan de vermoedens. Die worden ook wel als bewijsmiddel aanvaard, maar dan moeten ze ernstig, nauwkeurig en eensluidend zijn, en niet in strijd met bewijsmiddelen van een hogere orde.

de meest objectieve bron

In de veelheid van boodschappen die hij ontvangt, moet de gelovige een rangorde respecteren: de Schrift is de meest objectieve bron. Het is een verzameling documenten, sommige opgesteld door profeten die zich niet lieten betalen, en niet in dienst waren van het koninklijk hof - zij waren geen belanghebbende partij. Het is een samenbundeling van Gods handelen en spreken tot en met de eerste christenen - meestal niet van horen zeggen, maar van ooggetuigen. Het zijn manuscripten die Gods imprimatur hebben verkregen en die niet beïnvloed zijn door de persoonlijke voorkeur van de lezer, of door de accenten en taboes van zijn tijd. Deze door God geselecteerde teksten zijn de beste toetssteen.

tekstballon met uitroepen

Al de Boeken zijn door inspiratie van God geschreven, en zijn nuttig om ons de waarheid te leren en ons te wijzen op wat er aan ons leven en geloof nog mankeert; ze zetten ons leven op orde en helpen ons in te zien wat juist en goed is. Zo maakt God ons klaar, opdat Hij ons voor alle goed werk zou kunnen gebruiken. (2 Timoteüs 3:16 - 17)

Wij danken dan ook God onophoudelijk dat u zijn woord, dat u van ons ontvangen hebt, niet hebt aangenomen als een boodschap van mensen, maar als wat het werkelijk is; als het woord van God dat ook werkzaam is in u die gelooft. (1 Tessalonicenzen 2:13)

toepasselijk verklaard op concrete situaties

De Bijbel spreekt vooreerst tot het verstand. Wie God doorheen de Bijbel wil horen spreken, moet zijn huiswerk maken. Hij moet als een archeoloog graven in de diepte om waardevolle dingen boven te halen, en graven in de breedte om een totaaloverzicht te krijgen. Die opgravingen geven hem inzicht in God en mens, en bevatten veel antwoorden op zijn levensvragen. Ze helpen om alles wat hij leest of hoort te plaatsen in de juiste context.

gebalde vuist

Tijdens die studie van de Bijbel komt soms de Aha-Erlebnis of de eureka-uitroep. Het verstand wordt dan verlicht, en die vonk zet ook het hart in brand, want we worden door het WOORD ten diepste aangesproken. Zoiets gebeurt ook naderhand want kennis, opgeslagen in het geheugen, wordt door Gods Geest opgediept, en toepasselijk verklaard op hetgeen ons bezighoudt. Wie Gods stem wil horen, moet dus een gegevensbank aanleggen met woorden die God ooit tot de mens gericht heeft.

Want Jahweh wil de woorden die Hij bijvoorbeeld sprak tot Mozes, David, Jesaja, Jeremia... nadien heel vaak hergebruiken. Investeren in de studie van Gods Woord is een must, en hierbij wordt natuurlijk ook dankbaar gebruik gemaakt van de kennis van zij die zich in dat domein hebben bekwaamd.

Lezen we geregeld in de Bijbel, dan blijft één en ander hangen. Onze gedachten bevatten gaandeweg een gegevensbank vol quotes die Gods Geest te gelegener tijd kan bovenhalen. Soms bevat zo'n tekst een bemoedigende of troostende gedachte, soms beantwoordt Hij onze vraag, soms roept Hij ons tot de orde … In de evangeliën merk je dat ook Jezus zich zo laat sturen: vaak haalt hij quotes aan uit het Oude Testament als antwoord op een actuele vraag.



  11.   Knipoogjes van God

wolken met knipoogje

een wonderlijke samenloop van omstandigheden of een gelukkig toeval

Maar ook wanneer we de Bijbel willekeurig openslaan, kan God ons toespreken doorheen een tekst die in het oog springt. Misschien houdt dat de erkenning in dat de mens meer is dan een rationeel wezen. Wie zal ontkennen dat toevallige gebeurtenissen soms verbazend kunnen aanspreken? Veel meer dan wat systematisch en weloverwogen is. Velen hebben Gods hand herkend in ervaringen die anderen omschrijven als een gelukkig toeval.

Wat we lezen, wat iemand zegt, een ontmoeting, een cadeautje, een mooie vondst in de kringwinkel … kan een schouderklopje zijn waaruit Gods liefde blijkt, of een hint die ons bevestigt in onze overtuiging. Of het houdt een waarschuwing in: de weg waarop we gaan, wordt misschien versperd en nieuwe deuren worden geopend.

Soms houdt zo'n ervaring verband met een bijbeltekst die uit de context werd gehaald. Is het niet logisch dat God ons ook kan toespreken via woorden los van de context, een toevallige uitspraak van een derde, een wonderlijke samenloop van omstandigheden … ?

een knipoogje kan veel betekenen

Mogen we in toevallige indicaties Gods stem herkennen, of wijzen we zoiets beter af? Afwijzen is niet nodig, maar die hints moeten de juiste plaats krijgen: het zijn tekenen van aandacht en belangstelling van hierboven, een knipoogje waaruit goedkeuring of vriendschap blijkt.

Een knipoogje kan veel betekenen, maar het heeft slechts een relatieve waarde en is geen onderwijs, noch een ja- of nee-woord. We mogen er dus niet te veel belang aan hechten. Want er is zoiets als wishful thinking en onze emoties kunnen ons parten spelen: zitten we fout en proberen we onszelf gerust te stellen met een positief teken van hierboven? Of zijn we daarentegen overgevoelig, hebben we een zwak geweten, beschuldigen we onszelf en zien we overal rode lichten? Misschien maken we onszelf iets wijs!

Dergelijke indicaties zijn slechts een stukje van de puzzel. Ze krijgen maar betekenis wanneer we meerdere stukjes hebben gevonden die bij elkaar passen. Zo'n vingerwijzing moet bevestigd worden door herhaling, door andere woorden en omstandigheden die in dezelfde richting wijzen … er moet een rode draad doorheen lopen. Beschouwen we het als een antwoord van God, dan laten we er best wat tijd overheen gaan om te zien of de tendens aanhoudt en de puzzel wordt vervolledigd. En, zoals hiervoor al werd benadrukt, een mens moet altijd nagaan of de innerlijke vrede al of niet verstoord wordt. Want die vrede houdt verband met Gods aanwezigheid in ons, en of Hij blij of droef is.

Knipoogjes behoren tot de private levenssfeer en zijn voor onszelf bestemd. Wordt die belevenis toch doorverteld, dan gebeurt dit best met een zekere terughoudendheid. Wie te gemakkelijk hierover praat met derden, schaadt de intimiteit van zijn relatie met God. Trouwens, een derde heeft er waarschijnlijk geen boodschap aan, want zo'n ervaringen zijn erg subjectief en te zeer gekoppeld aan het eigen leven. Die knipoogjes zijn moeilijk overdraagbaar want de diepgang van wat beleefd werd, kan niet in woorden worden gevat. Wat die ander vooral nodig heeft, is een op zíjn maat gesneden persoonlijke ervaring.



  12.   Zij hebben oren en zij horen niet

geluidsbeschermer voor hoofd

het hart van dit volk is afgestompt

In het boek Job stelt Elihu vast dat Gods stem veelal niet wordt herkend. Misschien geeft God wel een antwoord op onze vragen, maar zijn wij er niet ontvankelijk voor. "Er zijn geen harder doven dan wie niet horen willen" illustreert de onmacht om iemand te bereiken die zich afsluit.

Wat de zintuigen ontvangen, krijgt dan geen toegang tot verstand en hart, want het botst met eigenbelang of vooroordelen. Tijdens zijn proces deed Jezus geen moeite om zichzelf vrij te pleiten, nu duidelijk was dat noch de aanklagers, noch de rechters, noch het publiek de waarheid wilden horen. En wat geldt voor de zintuigen - de ogen en de oren - geldt des te meer voor het spiritueel vermogen om God te ervaren: wie God wil horen spreken, moet écht wel in Hem geïnteresseerd zijn.

Want het hart van dit volk is afgestompt, hun oren zijn doof en hun ogen houden zij gesloten. Met hun ogen willen ze niets zien, met hun oren niets horen, met hun hart niets begrijpen... (Matteüs 13:15 NBV)

Na overleg lieten ze Jezus boeien en brachten hem weg om hem uit te leveren aan Pilatus. Deze begon Jezus te ondervragen en zei; 'Bent u de koning van de Joden?' 'U zegt het', antwoordde Jezus. De opperpriesters brachten een reeks van beschuldigingen tegen hem in. 'Hebt u niets te antwoorden?' vroeg Pilatus hem daarop. 'U hoort waarvan ze u allemaal beschuldigen!' Maar Jezus gaf geen enkel antwoord meer. Pilatus was daar zeer verwonderd over. (Marcus 15:1b - 5)

Een zwijgende God - zo was Jezus tegenover zijn aanklagers die uitkeken naar spektakel. Jezus' zwijgzame houding was natuurlijk niet toevallig, want eerder al ontvingen de Farizeeërs geen antwoord op hun vraag om een bovennatuurlijk bewijs van zijn aanspraken. Later kregen ze de verrijzenis als teken, maar dat werd genegeerd door de bewakers van het graf om te kopen.

God doorprikt het uiterlijk vertoon

Jezus' handelswijze typeert hoe God zich verhoudt tegenover de mens: in regel zwijgt Hij wanneer de mens zich van Hem afsluit, want God wil uitgenodigd worden. Dat mag geen formele invitatie zijn die gestuurd wordt omdat men zich verplicht voelt, neen, God wil van ganser harte welkom zijn. Hij doorprikt het uiterlijk vertoon van wie ja zegt, maar neen bedoelt. Formele eredienst die niet meer is dan een aspect van het culturele kader, of dient om het geweten te stillen, beschouwt Hij niet als een vraag om zichzelf te openbaren en het woord te voeren, integendeel.

God houdt bij de vraag of Hij zal ingaan op de uitnodiging, rekening met de onderliggende motieven en met het gedrag. Wanneer vooraf al duidelijk is dat die mens toch zijn woorden in de wind zal slaan, laat God wellicht niet van zich horen. Wie feedback wil krijgen, moet dus consequent zijn: hij mag niet handelen in strijd met zijn geweten, en moet ook ingaan op de noden die hij zelf kan lenigen. Want wie geen antwoord geeft op de vraag van een mens in nood, zal ook zelf geen antwoord ontvangen.

Dat wil niet zeggen dat God lichtgeraakt is. Wie eerlijk zoekt en harde woorden spreekt, of wie Hem, net als Job, middenin een crisis verwijten maakt, zal merken dat God hem niet loslaat. Meer nog: de Goede Herder gaat actief op zoek naar het verloren en gekwetste schaap.

God als God aanvaarden

De bereidheid om God ook God te laten zijn, is de grondvoorwaarde om Hem te horen spreken. Want God wil komen zoals Hij is: niet als een hulpje, maar als God. Hij heeft een alomvattende kijk op de dingen, en grotere objectieven dan die van de individuele mens, en Hij laat zich niet door die mens bevelen. Bij monde van de profeet Jesaja, zegt Jahweh aan het Joodse volk dat Hij zijn eigen plannen en agenda heeft, en zijn eigen timing. God stelt zich wel vaak dienstverlenend op, maar niet tegenover diegene die Hem voor eigen kar wil spannen.

Dit zegt de Heer; 'Jullie plannen zijn niet de mijne, ik ga andere wegen dan jullie. Zoals de hemel uitreikt boven de aarde, zo ook gaan mijn wegen jullie wegen te boven, zo ook overtreffen mijn plannen die van jullie. (Jesaja 55:8 - 9)

Wie God wil horen spreken, moet aanvaarden dat het antwoord wel eens kan verrassen, en persoonlijke plannen kan doorkruisen. Hij moet God als God aanvaarden en zichzelf ten dienste stellen. In de navermelde woorden verduidelijkt ook Jeremia dat God toekomstplannen heeft voor de individuele mens - plannen die slechts gerealiseerd worden wanneer de mens Hem met volle overtuiging zoekt. Voor wie daar niet toe bereid is, blijft God de grote onbekende.

Want Ik weet, welke gedachten Ik over u koester, luidt het woord van de Heer, gedachten van vrede en niet van onheil, om u een hoopvolle toekomst te geven. Dan zult gij Mij aanroepen en heengaan en tot Mij bidden, en Ik zal naar u horen; dan zult gij Mij zoeken en vinden, wanneer gij naar Mij vraagt met uw ganse hart. Dan zal Ik Mij door u laten vinden, luidt het woord van de Heer, en in uw lot een keer brengen. (Jeremia 29:11 - 14)



  13.   Een behaaglijke stilte

de stem van de Herder

schaap

De schapen luisteren naar zijn stem, hij roept zijn eigen schapen bij hun naam en leidt ze naar buiten … de schapen volgen hem omdat ze zijn stem kennen. (Johannes 10:3 - 4)

Geheel in overeenstemming met de agrarische cultuur van toen, vergelijkt de Bijbel de gelovigen met schapen in een kudde. Die vergelijking zet de moderne mens op het verkeerde been, want het woord "kudde" wordt geassocieerd met een passieve "kuddegeest", en dat is niet wat Jezus op het oog heeft. Jezus noemt zichzelf de Herder die zijn schapen roept bij name en Hij belooft dat het schaap de stem van de Herder zal herkennen. Die uitspraken onderstrepen dat het mogelijk moet zijn Gods stem te onderscheiden van de vele andere stemmen.

switchen naar de juiste golflengte

Maar er komt een tijd, en die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, Hem aanbidt in Geest en in waarheid. De Vader zoekt mensen die Hem zo aanbidden, want God is Geest, dus wie hem aanbidt, moet dat doen in Geest en in waarheid. (Johannes 4:23 - 24)

God is geest en wie Hem wil horen spreken, moet switchen naar die golflengte. Dat is moeilijk om diverse redenen. Want vaak benaderen we de zaken enkel met de zintuigen en het verstand. We willen alles meten en doorgronden, en zijn de voeling met het spirituele verloren. Rationaliteit heeft zijn rechten, maar het is niet het kanaal om met God te communiceren. Wie met Hem wil overleggen, moet op een andere wijze leren luisteren en spreken.

Want het is mogelijk om los van onze zintuigen, woorden te horen, beelden te zien en emoties te ervaren - bijvoorbeeld in onze dromen. Dat gebeurt ook in onze fantasie, want muziek componeren kan in volstrekte stilte. Of het doet zich voor in onze herinneringen: een song klinkt opnieuw in onze gedachten en gevoelens, een gebeurtenis herhaalt zich in alle details... Die ervaringen spelen zich af op de achtergrond, of ze zijn alles­overheersend: hoewel er materieel niets gebeurt, worden we opnieuw ondergedompeld in verdriet of vervuld met vreugde. God ervaren in een andere dimensie sluit echt wel aan bij het mens-zijn.

Ik bid dat u innerlijk vol licht zult zijn, zodat u iets zult zien van de heerlijke toekomst, waarvoor u geroepen bent. (Efeziërs 1:18)

geborgen in de stilte

Voorheen werd al gevraagd om de spamfilter te activeren. In het verlengde hiervan ligt de volgende stap: Jezus raadt aan te bidden achter gesloten deuren. De context waarin Hij dit zegt, is een kritiek op uiterlijk vertoon. Wie iets doet om door de andere gezien te worden, gluurt rondom zich en kijkt dus niet naar binnen of naar boven. Hij zal Gods stem niet horen.

tekstballon met uitroepen

Maar er is ook een andere reden voor die afzondering: wanneer je binnenin signalen wil horen, kan je best het geluid dat van buiten komt weren. De eenzaamheid opzoeken is een eerste stap in het proces van verinnerlijking. Die afzondering is geen doel op zich, want hetgeen innerlijk vernomen wordt, moet getoetst worden aan de buitenwereld, en misschien worden omgezet in daden. En ook omgekeerd: wat beleefd en gehoord wordt in de buitenwereld, wordt in de intimiteit met God besproken.

We moeten dus de stilte opzoeken en dat vraagt een serieuze aanpassing want wij verdragen nog nauwelijks die stilte. In veel gezinnen zorgen tv-beelden voor een gejaagd decor van bij het opstaan tot het slapengaan, en de sportieve mens die joggend zijn woning verlaat, moet zijn iPod even stilzetten om een oproep te beantwoorden. Hectisch is het woord van deze tijd! In de reclame, in het medialandschap en in het politiek debat probeert de ene stem de andere te overschreeuwen.

Onze zintuigen worden voortdurend geprikkeld opdat we aanschaffen wat met geld te koop is: publiciteit alom, met als doel de begeerte op te wekken en de ijdelheid te strelen. De Almachtige daarentegen stelt zichzelf niet te koop in de etalage. Hij probeert niet te overhalen en te overtuigen, en organiseert geen SOLDEN. Maar wie daar oog voor heeft, vindt toch overal rondom voldoende aanwijzingen voor zijn bestaan: in het wezen van de mens, in de natuur rondom, in het oneindig kleine en het grenzeloze grootte... God is wie Hij is, en doet geen concessies.

God spreekt meestal met zachte stem, slechts hoorbaar als de tv een tijdje uit is, en niet langer nagalmt in het denken en in de fantasie. Wanneer alles rondom en in ons rustig wordt, dan wordt zijn stem het best gehoord!

wie zijn gesprekspartner respecteert, geeft hem zijn geconcentreerde aandacht

Wie twee dingen tegelijk doet, levert geen goed werk af. Wanneer we al rijdend een gesprek voeren laat de communicatie te wensen over: de gedachten zijn verdeeld en het rijden is levensgevaarlijk. Telkens de verkeerssituatie iets complexer wordt, stokt het gesprek … om dan weer op gang te komen. Waar was ik gebleven? Jezus dringt aan op afzondering zodat gedachten niet worden verstrooid door zintuigen die van nature uit gericht zijn op de buitenwereld.

Het is ook een kwestie van beleefdheid: het geeft geen goede indruk wanneer je tijdens een gesprek verder tikt op je klavier. Wie zijn gesprekspartner respecteert, geeft hem zijn geconcentreerde aandacht. Als her en der in de Bijbel sprake is van "een jaloerse God", dan kan dit ook hierop slaan. Zich afzonderen in een kamertje apart is, wanneer de omstandigheden dit toelaten, daartoe de eerste stap.

een behaaglijke stilte

Iedereen weet wat een pijnlijke stilte is. Sommigen ervaren dit constant: een gebrek aan innerlijke rust dwingt hen om de stilte te ontlopen. Bij anderen zijn onbehaaglijke stiltes het gevolg van een ongemakkelijk samenzijn. Misschien volgt het uit onzekerheid, omdat we niet goed weten wat we aan die andere hebben. Veel erger is het gedwongen samenzijn met een (gespreks)partner die zich vijandig opstelt.

Maar iemand vertelde mij het tegengestelde: urenlange autoritten met een vriend, waarin niets gezegd werd, terwijl er toch een aangename sfeer hing. Zo'n behaaglijke stilte wijst op een harmonie waarin ook woordenloos boodschappen worden doorgegeven. God verlangt naar een dergelijk samenzijn met de mens: een behaaglijke stilte die rustgevend en herstellend werkt, en ook het pad effent voor boeiende gesprekken.

vochtige ogen of een intense vreugde

God spreekt inderdaad doorheen onze gevoelens. Emoties die gepaard gaan met een ontmoeting, het lezen van een tekst, het horen van een getuigenis … duiden er soms op dat God ons aanspreekt. Kippenvel, vochtige ogen of intense vreugde kunnen er dus op wijzen dat Gods Geest betrokken is bij het gebeuren. Vaak is het subtieler en ervaren we een gevoel van welbehagen. Wordt die emotionele boodschap ook via andere kanalen bevestigd, dan kunnen we veronderstellen dat de God die in ons woont, zijn stem verheft.

gebalde vuist

lange ongemakkelijke stiltes

Soms zijn er ook in onze relatie met God lange ongemakkelijke stiltes. God lijkt dan afwezig en geeft geen commentaar. Wat als gesprek bedoeld was, voelt aan als monoloog. Misschien wil God gewoon even zwijgen, en zien of we volwassen reageren op die uitdaging. We blijven tenslotte geen kleuter die aan moeders hand moet lopen. Of zijn we hardhorig en moeten we de leerschool nog verder doorlopen? Om het even wat de reden is, wie Hem wil horen spreken, moet ondanks elke interne of externe weerstand contact blijven zoeken, ook al zijn er dagen waarin God niet ervaren wordt.

Die pijnlijke stilte kan er echter ook op wijzen dat we moeten loskomen van andere goden zoals de liefde voor het materiële en voor uiterlijk vertoon... of afstand moeten doen van zelfzuchtig streven en geldings­drang. Ook bitterheid en rancune maken dat we God niet horen spreken want wie met gebalde vuisten rondloopt kan niets in ontvangst nemen.

lezen over het vergevingsproces?
lezen over de genezing van het innerlijke?



  14.   Waar twee of drie in mijn naam bijeen zijn

meerdere tekstballonnen

"Ook dit zeg ik jullie nog; alles waar jullie met zijn tweeën hier op aarde eensgezind om vragen, zul je krijgen van mijn Vader in de hemel. Want waar twee of drie mensen in mijn naam bij elkaar zijn, daar ben Ik zelf bij hen." (Matteüs 18:19 - 20)

In de hiervoor vermelde uitspraak is er sprake van een samenscholing, en dat lijkt wat in tegenstrijd met de aansporing om je af te zonderen. Maar beide adviezen vullen elkaar aan, want ook een kerk die functioneert zoals het hoort, is een plaats bij uitstek waar Gods stem gehoord wordt. Vooreerst omdat Jezus uitdrukkelijk zegt dat Hij er op die momenten bij is op een bijzondere wijze.

Voorwaarde is dat de aanwezigen voeling hebben met Gods Geest doordat zij het eerdere advies om God ook persoonlijk op te zoeken volgen. Dan heeft elkeen zijn eigen waardevolle inbreng, en is er sprake van een waaier aan inzichten, ter aanvulling of ter correctie van het eigen denken.

Wat ik u hiermee wil zeggen, broeders en zusters, is dit. Tijdens uw bijeenkomsten heeft iedereen een bijdrage; een lied, een wijze les, een openbaring, het spreken in klanken of de uitleg daarvan. Maar laat alles zo gebeuren dat de gemeente ermee gediend is. (1 Korintiërs 14:26)

In dat samenzijn geeft God ons nieuwe inzichten. Ook wordt de eigen mening bevestigd of ontkracht door de Bijbelteksten en de inhoud van de prediking, door de songs en wat er allemaal verteld wordt … Logisch dus dat de eerste christenen elkaar aanspoorden om die samenkomsten niet te missen.

Wie zelf soms het woord voert, merkt hoe vaak - zonder voorafgaandelijke afspraak - alle aspecten van het samenzijn harmonieus verenigen tot één thema. Hij ziet dan hoe God alles dirigeert en zelf het thema van de dag bepaalt. De spreker ontvangt zo het bewijs dat, nadat hij zich afvroeg wat hij ditmaal zou vertellen, God inderdaad tot Hem en door hem heeft gesproken.

bijzondere communicatieve gaven

Paulus wijst zijn lezers op de grote verscheidenheid in talenten en de noodzaak samen te werken, elkaar aan te vullen en te corrigeren vanuit een gezonde teamgeest. De bijzondere communicatieve gaven waarover sommigen beschikken kunnen soms verbazing wekken, maar dat wil niet zeggen dat ze bovenaan de waardeschaal prijken. Voor Paulus is alles ondergeschikt aan de liefde.

Ons lichaam, dat een eenheid is, bestaat uit veel delen en al die delen hebben een verschillende functie. Op dezelfde manier vormen wij met ons allen een lichaam door onze eenheid met Christus, en we zijn ieder afzonderlijk als delen van dat lichaam met elkaar verbonden. We hebben allemaal verschillende gaven zoals God ons die gegeven heeft. … Wees eensgezind. Doe niet uit de hoogte, maar blijf gewoon. Wees niet zelfingenomen. (Romeinen 12:4 - 6, 16)

Al had ik de gave om te profeteren en doorgrondde ik alle geheimen en wist ik alles wat er te weten is, ja, al had ik het geloof dat bergen kan verplaatsen; als ik geen liefde had, was ik niets. (1 Korintiërs 13:2)???

met fluo gemarkeerd

De manier waarop God in een kerkgemeenschap spreekt, lijkt op die spreker die een lezing geeft. De lezing bevat in de eerste plaats algemene info, bestemd voor het voltallige publiek. Maar misschien gaat de spreker ook in op concrete problemen van sommige aanwezigen. Betreft de uitleg het eigen leven, dan ben je één en al oor - want emotioneel betrokken bij hetgeen gezegd wordt.

zaadje ontkiemt

Evenzo wanneer de Bijbel wordt voorgelezen en toegelicht. God richt zich doorheen die uitleg tot elke aanwezige. Maar dat gebeurt niet enkel via diegene die het woord voert, want God is zelf ook aanwezig in het publiek en zelfs in de individuele gelovige. Wat door de spreker vooraan wordt gezegd, kan versterkt en aangevuld worden door Gods individueel advies.

Dat Bijbels onderwijs is niet altijd even boeiend want het bevat - net als in de schoolbanken - veel herhaling. Maar op andere momenten lijken die woorden wel met fluo gemarkeerd! Het is dan alsof God aan één persoon in het bijzonder, iets meedeelt dat aansluit bij zijn leven hier en nu. En net zoals je het, bij een gewone lezing, warm en koud krijgt wanneer de spreker jou viseert, kan je innerlijk gewaar worden dat God het vooral op jou gemunt heeft.

De technologie heeft mensen intussen heel dicht bij elkaar gebracht. In het verleden was je bijna uitsluitend aangewezen op je eigen bijbel en je plaatselijke kerk - je eigen bubbel. Soms was er een gastspreker op bezoek, en in boeken las je met vertraging wat God elders deed, en hoe anderen dachten over alles en nog wat. Vandaag is de wereld één groot dorp geworden en je vindt op het internet prachtige teksten en video's allerhande en ontroerende muziek. Er ligt nu een onvoorstelbare rijkdom aan informatie binnen ieders bereik. Maar ook daar moet het kaf van het koren gescheiden worden: Gods Geest kan ons duidelijk maken dat Hij zich niet herkent in een boodschap die aan Hem wordt toegeschreven, en dus bedroefd is. Hoe dat gebeurt wordt hiervoor omschreven.



  15.   Woorden zijn soms als zaadjes

zaadje ontkiemt

Tijd brengt raad

Gods woorden zijn soms als zaadjes die tijd behoeven, en een goede biotoop om wortel te schieten en te ontkiemen. Wat vandaag gebeurt - wat God vandaag zegt - wordt misschien pas later ten volle begrepen, zoals ook Jezus' moeder mocht ervaren.

Allen die het hoorden stonden verbaasd over wat de herders tegen hen zeiden, maar Maria bewaarde al deze woorden in haar hart en bleef erover nadenken …

Wist u niet dat Ik in het huis van mijn Vader moest zijn? Maar ze begrepen niet wat Hij tegen hen zij … Zijn moeder sloot alles wat er met Hem gebeurd was in haar hart. (Lucas 2:18, 19, 49, 50)

Soms is er een incubatieperiode waarin ideeën gekoesterd worden en, verborgen voor het oog, verder ontwikkelen. Later, in het licht van nieuwe ervaringen, krijgen oude woorden hun volle betekenis. Zo kunnen we ons Gods inzichten eigen maken. En nadat we het verstandelijk begrepen hebben, moet ons hart het kunnen omarmen, en ook dat kan tijd vragen. Wie Gods woorden wil verstaan, heeft dus geduld nodig. Want God heeft de gewoonte om in alle rust te spreken en zijn tijd te nemen. Vaak stelt Hij ons geduld op de proef, en dan blijkt of ons geloof in Hem ook stand houdt.

Voorheen werd al gezegd dat sommige ervaringen behoren tot de private levenssfeer en dus best niet te snel gedeeld worden. Te veel gepraat kan voortkomen uit ongeduld en erop wijzen dat we het antwoord van mensen en niet van God verwachten. Of wordt onze ijdelheid gestreeld wanneer we uitpakken met onze ervaringen? Het verwerkings- of groeiproces wordt geschaad, want het is alsof de aarde dan wordt omgewoeld.

Er zijn ook woorden waarvan de diepgang pas begrepen wordt nadat we zelf zo'n situatie hebben meegemaakt. De diepe pijn van het verraad of van het in de steek gelaten worden, een persoonlijke mislukking, een tragisch overlijden … of - aan de andere kant van het spectrum - de enorme vreugde van het ter wereld brengen van een kind … je moet het zelf beleefd hebben om die diepgang van de emoties te begrijpen. De verloochening van Petrus kan als voorbeeld worden aangehaald. Pas nadat hij zelf gefaald heeft, zingt hij een toontje lager, en begrijpt hij woorden die voorheen ingevolge zelfvoldaanheid niet begrepen werden.

Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer Hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar Hij zal zeggen wat Hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat. (Johannes 16:12 - 13)

noteren wat ervaren wordt

Wie school loopt, ontvangt syllabi waarin hij ook notities kan noteren. De theorie wordt aangevuld met persoonlijke inzichten en met concrete toepassingen die tijdens de les worden aangehaald. De droge leerstof wordt zo gerelateerd aan het gewone leven. En het leerproces houdt daarmee niet op, want wie naderhand zijn notities herleest, ziet nieuwe verbanden en krijgt zo dieper inzicht.

Zo kan het ook nuttig zijn te noteren wat je in de relatie met God ervaart. Overloop je die notities, dan zie je misschien een verband tussen gebeurtenissen die elk apart niet veel betekenden. Het samenleggen van de puzzelstukjes geeft nieuwe inzichten die je helpen om God beter te verstaan.

De bekwaamheid om de uiterlijke omstandigheden en de innerlijke bewegingen te lezen groeit doorheen het leven. We doen ervaring op, en leren ook uit de gemaakte fouten. Wanneer Paulus verlangt dat Christenen volwassen worden, zal hij ook gedacht hebben aan de bekwaamheid om Gods stem te horen. Maar ervaringsdeskundige zijn houdt ook risico's in. Want misschien komt er dan een zelfvoldaanheid, en vinden we het overbodig om God nog te raadplegen. Dicht bij God blijven in alle bescheidenheid blijft de boodschap. Dan zal God tot ons blijven spreken. Hij antwoordt ons via een geheel van aanwijzingen, die alle aspecten van het mens-zijn raken: verstand, intuïtie, gevoelens, levensomstandigheden, de raad van anderen … zovele kanalen die Hij kan gebruiken. En uitzonderlijk ook via dromen en visioenen.

Allen die door de Geest van God worden geleid, zijn kinderen van God. (Romeinen 8:14 NBV)


C.S. Van Audenard
december 2006
herwerkt in september 2020



God leren kennen is een levenswerk. Signa Bodisbough heeft een boek geschreven dat zoekers verder op weg kan helpen. Op weg naar heelheid in Christus - een reisgids voor 40 dagen is verkrijgbaar bij Coconut.

Heb je de illustratie al bekeken?
Begin