Heb je de illustratie al bekeken?
Einde

Lees wat vooraf gaat "Waarom toch die bijbel? (I) - Taal is voor mens en God van cruciale betekenis"

Waarom toch die bijbel? (II)

In het begin was het Woord

In deel I vroegen we ons af waarom de bijbel zo'n centrale betekenis heeft voor de christen. We vonden het antwoord hierop door na te gaan welke betekenis taal of woorden hebben voor mens en God. Taal is voor de mens van cruciale betekenis en dat zowel op het microniveau van de innerlijke mens, als op het intermediaire niveau van de relaties en op het macroniveau van een cultuur. Taal werkt op die niveaus niet enkel beschrijvend, maar zij bewerkt ook verandering.

Ook bij God speelt taal een cruciale rol. Door het woord heeft Hij in den beginne alles geschapen, en via taal gaat Hij vervolgens met de mens een relatie aan. Ontelbaren getuigen ervan, veelal op gevaar van hun eigen leven, dat zij Gods stem hebben gehoord, en de vernieuwende werking van zijn woord hebben ervaren. Want veel meer dan bij de mens, is Gods taal niet neutraal beschrijvend, maar vernieuwend. "Geen woord, dat van God komt, zal krachteloos zijn."

Als God het menselijk denken en voelen op microniveau wil beïnvloeden, het handelen wil bijsturen, de mens wil bereiken en met hem een relatie wil opbouwen, … dan zal Hij woorden en beelden moeten geven die uitdrukken wat Hij denkt en voelt. En als Hij op macroniveau een volk wil uitverkiezen, een cultuur ten goede wil veranderen, dan zal Hij vernieuwende woorden moeten spreken.

De God van de bijbel heeft inderdaad zo gehandeld. Door de geschiedenis heen raakte hij mensen ten diepste aan in hun emoties. Hij gaf hen rituelen, maar vooral veel woorden, verzameld in een Bijbel die bouwstenen bevat en allerlei instrumenten. Heel veel woorden, beelden, rituelen en gelijkenissen, die bedoeld zijn om het denken en voelen van de mens waar nodig bij te sturen, om hem nieuwe dingen aan te leren en hem toe te rusten voor het leven. Het zijn kostbare bouwstenen die de waarheid bevatten en dus corrigerend werken ten aanzien van een overvloed aan verkeerde woorden en beelden die de wereld ons aanreikt.

meerdere technieken zijn nodig

Taal is in de relatie tussen God en mens een onmisbaar instrument. Maar wie wil begrijpen hoe God zich aan de mensheid openbaart, moet oog hebben voor de eigenheid van die mens, en voor de wijze waarop hij zich verhoudt tegenover zijn omgeving.

Een mens heeft vijf zintuigen om de werkelijkheid te vatten, verstand om het te begrijpen, gevoelens om er van te genieten en een geweten dat helpt om te toetsen of iets wel goed is. En dan is er de intuïtie als informatiebron en als middel om voeling te hebben met het onzichtbare. God is alomvattend en benadert de mens vanuit vele hoeken tegelijk. Een veelzijdige openbaring, meerdere technieken die elkaar aanvullen, zijn nodig om verstand, gevoelens, geweten… aan te spreken in een wereld vol signalen die de aandacht afleiden, weg van de Schepper, naar het schepsel. In alle voormelde aspecten spelen woorden een belangrijke rol.

Wie oog en oor gebruikt om rustig rond te kijken en te luisteren, wordt al heel wat wijzer. Jezus vermeldt in zijn gelijkenissen vaak de dieren- en de plantenwereld als inspiratiebron om de mens duidelijk te maken hoe hij zich moet gedragen. In de schepping herken je de hand van de Meester. Regen en zonneschijn, schapen en bokken, de lelies en het zaad, de druivelaar en de onvruchtbare vijgenboom… ze kunnen ons allemaal iets leren. En wat in de natuur eindeloos complex en groots is, toont dan weer iets over de Schepper.

Maar soms is eenvoud het kenmerk van het ware. Jezus plaatst een kind als voorbeeld in hun midden en roept de volwassene zo op terug te keren naar oprechtheid, eenvoud en onschuld. Van nature uit bezit een kind heel wat positieve kenmerken die van wezenlijke betekenis zijn voor de mens, en die doorgaans, ouder wordend, naar het achterplan verschoven worden. Wat mooi is, wat teder is in relaties… kan eveneens ten diepste raken. Zo'n leerstof is met geen woorden te beschrijven, het stelt onze prioriteiten soms in vraag en het raakt het transcendente.

"politiek correct" maar intellectueel oneerlijk

De mens kan Gods grootheid en almacht afleiden uit zijn schepping. Door observatie van de medemens die naar Gods beeld gemaakt is, kan hij vermoeden hoe Gods karakter is. Maar dat lijkt niet evident, nu die mens zwaar beschadigd is. Mensen zijn hardhorig. Door gejaagdheid en selectieve aandacht hebben zij geen oog voor signalen die naar God verwijzen. En wanneer iets niet past in eigen kraam, dan herschrijven ze al te vaak de conclusies in eigen voordeel. Paulus merkt op dat velen ziende blind zijn en hij gebruikt het beeld van een sluier die niet voor de ogen hangt, maar voor het hart, zodat de woorden van Mozes niet begrepen worden.

Maar hun denken verstarde, want in feite blijven, tot op de dag van vandaag, de boeken van het oude verbond bij de voorlezing in de synagoge met een sluier bedekt. Die sluier wordt niet opgelicht; hij verdwijnt alleen als men gelooft in Christus. Ja, tot op heden ligt er, telkens wanneer uit de boeken van Mozes wordt voorgelezen, een sluier over hun hart. Maar telkens wanneer iemand, zoals de Schrift zegt, zich keert naar de Heer, wordt de sluier weggenomen. (2 Korintiërs 3:14 - 16)

Er is dus ondanks alle signalen veel verwarring omtrent wie God is en omtrent hoe de mens moet leven. De oude Grieken, de Egyptenaren en zoveel andere volken stelden God voor als een drinkebroer, een duivels wezen, een rund met een mensenkop, een verleidelijke minnares… Natuurverschijnselen of zelf gemaakte beelden werden tot god verheven.

De honger van die goden moest gestild worden en dat gebeurde soms op meedogenloze en perverse wijze. Een verkeerde gods- of mensvisie gaat gepaard met structureel geweld: de ene wordt aangezet tot kwaad, de andere wordt er door gegijzeld. Dat leidde tot kinderoffers en tempelprostitutie. En er was vooral ook angst voor die irrationele goden waarop je niet kon rekenen.

De moderne mens heeft zich gedistancieerd van de ouderwetse vormen. De Mammon verkleedt zich niet langer in een beeldje, maar nog steeds wordt veel welzijn met fanatieke ijver op zijn altaar geofferd. En nog steeds worden er kinderen kapot gemaakt voor wellust. Chris De Stoop schreef over het eigentijdse alternatief voor tempelprostitutie een boek "Ze zijn zo lief, Meneer" en tien jaar later volgde dan "Zij kwamen uit het Oosten" want de strijd tegen de mensenhandel lijkt mislukt te zijn. Het ouderwetse bijgeloof heeft misschien wel afgedaan, maar de moderne afgoden zijn dan weer springlevend en hebben een deel van de economie naar hun hand gezet.

Mensen hechten niet zoveel belang aan een levensbeschouwing. Maar een verkeerde godsvisie of een verkeerde ideologie geeft slechte bouwstenen en leidt niet tot innerlijke vrijheid. Ze gaat hand in hand met een verkeerde levensstijl en bemoeilijkt het uitbouwen van een maatschappij waarin mensen tot hun recht komen. Zeggen dat het allemaal geen verschil maakt wat je gelooft, is misschien wel "politiek correct", maar het blijft intellectueel oneerlijk.

het recht op antwoord

Er zijn afgoden alom, ook in onze tijd, en de ware God wordt niet herkend. Wordt er toch over Hem gesproken, dan is het beeld vaak vertekend of geridiculiseerd.
Hoe reageert een mens die in de media fout wordt geciteerd of belasterd wordt? Hij maakt gebruik van het "recht op antwoord" en schrijft een brief met een rechtzetting, hij geeft een boek uit om zijn visie weer te geven of hij gaat publiekelijk de confrontatie aan met diegene die hem lastert. Het zal niet lukken om elkeen te overtuigen, maar hij is het aan zichzelf verplicht, en aan diegenen die hem bijstaan. Want wie zwijgt stemt toe.

Gods handelen in de geschiedenis is hiermee vergelijkbaar. Hij wil de stem van de schepping aanvullen en een duidelijk antwoord geven op onwetendheid en leugens.

Maar hoe geef je dat "recht op antwoord" door aan miljoenen mensen door de tijden heen? God heeft hiervoor mensen nodig en Hij werkt een strategie uit. En omdat je ergens moet beginnen, kiest Hij een bescheiden maar koppig herdersvolkje, zonder al te veel cultuur - niet vergelijkbaar met hoogontwikkelde Egyptenaren of Chinezen. Een volkje dat geen invloed heeft op het wereldgebeuren en niet kan roemen op de kracht van zijn leger, op de sterkte van zijn economie, de verfijndheid van zijn cultuur of de intelligentie van zijn wetenschappers. God belooft hen een gezegende toekomst, wanneer zij tot samenwerking bereid zijn en het contract dat Hij hen aanbiedt willen respecteren. Als wederdienst verwacht Hij dat zij een levend getuigenis van zijn liefde zijn. In de latere geschiedenis komt Hij vaak wonderbaar tussenbeide en toont zo zijn almacht en zijn onveranderlijke liefdevolle interesse. Maar Hij heeft ook principiële harde standpunten en geeft blijk van vastberadenheid en van genade tegenover zij die het weer goed willen maken. Door de generaties heen zal Hij hun spoor volgen op de wereldkaart.

een bron voor nieuwe polemiek

Met de wetten die hij aan Mozes gaf, maakt Hij alles erg concreet. Voor elk wat wils: een cursus over alle facetten van het leven - een gebruiksaanwijzing die nog weinig ruimte laat voor twijfel. En er komt een eredienst die aan ongeletterde mensen symbolisch uitleg geeft over de relatie tot die God. Later krijg je het getuigenis van de profeten, die de vinger op de wonde leggen en wijzen op de pijnlijke kloof tussen theorie en praktijk. Tussendoor een brok geschiedenis, wat spreuken, wat wijsheid en muziek. Dat alles werd dan doorverteld en soms op schrift gezet… op kleitafeltjes, papyrus of perkament, want "Wie schrijft, die blijft", duizenden jaren als het moet. Al die geschriften werden verzameld en het kaf werd gescheiden van het koren. En zo komt de bijbel tot stand als een verzameling van selecte woorden, waarin God zich kan herkennen, bedoeld om het voelen, het denken, het handelen… te vernieuwen.

Maar dat oude verbond brengt niet veel zoden aan de dijk. Het Joodse volk heeft geen voorbeeldfunctie, want de levende God wordt verstikt door tradities, structuren en persoonlijke belangen. Alles lijkt wel dood te bloeden. Na een viertal eeuwen stilte is de tijd dan rijp voor een verdere openbaring. Met Johannes de Doper hangt er opnieuw elektriciteit in de lucht! Jahweh neemt de draad weer op en schrijft nu, doorheen Jezus het centrale hoofdstuk van zijn "recht op antwoord". Hij reageert op de meest radicale wijze want Hij wordt mens en leeft het antwoord voor. Hij wordt het Levende Woord - duidelijker kan niet.

Wie het heeft meegemaakt, wie Jezus aan het werk zag, en in Hem God herkent, blijft niet op zijn honger zitten. God lijkt niet op Neptunus, Jupiter of Zeus, evenmin op Aphrodite of op de Mammon. God is geen karikatuur van menselijke ondeugden - Hij is van een gans andere orde. De discipelen zagen het, en konden er niet meer over zwijgen.

Ook dat werd allemaal opgeschreven en dan later gebundeld en gevoegd bij die vroegere geschriften. Maar zoals elk recht op antwoord, is die openbaring niet voor iedereen overtuigend en wordt ze zelfs een bron voor nieuwe polemiek. En ja, ook later werd Gods geopenbaarde liefde zo vertekend dat mensen werden gemarteld en gedood in Jezus' naam…

religie lijkt vaak op gedachtelezen

Gods veelzijdige openbaring is maar van nut als ze verder wordt verspreid, bestudeerd en toegepast. Als ze wordt gelezen en gesproken. Onze cultuur stimuleert ons niet om dat te doen. De programma's met hoge kijkcijfers, de meest gelezen tijdschriften, … zijn niet deze met de diepste inhoud. Mensen zijn geneigd zich vooral bezig te houden met bijkomstigheden en te zwijgen over de essentie. Wat godsdienst betreft, geldt een spreekverbod, waar hier en daar van mag afgeweken worden. Met "Ieder zijn mening" stopt menig gesprek voor het goed en wel gestart is.

"Spreken is zilver, en zwijgen is goud" mag dan wel opgaan wanneer mensen onder elkaar over anderen aan het praten zijn. Maar bij het opbouwen van een relatie moet het spreken meestal voorrang krijgen op het zwijgen en het voelen. Hoe kan ik anders mijn gesprekspartner begrijpen en beter leren kennen? Andermans gedachten lezen is een onbetrouwbare methode, want te zeer beïnvloed door eigen sentiment. Beter is het via woorden gedachten te uiten, en zo te veruitwendigen wat binnenin leeft. Het gesproken of het geschreven woord is een voertuig dat gedachten vorm geeft, mededeelbaar en overdraagbaar maakt.

Religie lijkt vaak op gedachtelezen. De ideeën die mensen hebben over God en de conclusies die ze trekken, reflecteren dan vooral eigen gevoelens en een niet-onderbouwde persoonlijke overtuiging. Ze resulteren niet uit een relatie waarin men de Andere kent. Soms heeft de bijbel het over Gods "gedachten", veel vaker over Gods "woorden", want we hebben niet veel aan een verborgen God die zijn gedachten niet laat kennen. Wat zijn we met een Persoonlijk­heid die onnoemelijk rijk is in gedachten - een verzameling van het geniale, de schoonheid, de goedheid en veel meer dan dat - opgesloten in een ivoren toren?

Heel veel bijbelteksten handelen over "Gods woord". Wijst dit op een God die zijn gedachten met de mens wil delen? Is dit niet de uitleg waarom het christendom zo de Schrift benadrukt: God wil relaties opbouwen, en dat vraagt om woorden. God zonder woord, is als een schrijver zonder pen of een muzikant zonder instrument. Christendom zonder bijbel, is als een boek zonder woorden... heel veel openbaring gaat dan verloren.

"het woord" als domeinnaam

Communicatie en openbaring zijn zo inherent aan de God van de christenen, dat Hij zich "het Woord" als domeinnaam toe-eigent. God is woord, en dus extrovert en communicatief. Het verlangen om zich uit te drukken, is een wezenskenmerk. Hij wil uitdrukking geven aan wat in Hem leeft, en mensen laten delen in zijn rijkdom.

In het begin was het Woord; en het Woord was bij God, en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alle dingen zijn door Hem geworden, en zonder Hem is niet een ding geworden dat geworden is. In Hem was leven, en het leven was het licht van de mensen. … En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van een eniggeborene van een vader) vol van genade en waarheid. (Johannes 1:1 - 4, 14)

Johannes gebruikt in de inleiding van zijn evangelie "Jezus" en "het Woord" als synoniemen. Door dit soort taalgebruik zegt hij in de inleiding van zijn geschrift dat het hem niet te doen is om "de woorden" als dusdanig - om de theorie van de morele wetten. De woorden moeten deel gaan uitmaken van een gesprek tussen God en mens, en toegepast worden in het leven. Via "het Woord" wordt God dan zichtbaar, kenbaar, hoorbaar. En ook genietbaar als het Licht, als een heldere warme zon in onze grijze lage landen. "Als je deze biografie leest ..." schrijft Johannes tussen de regels door "... zoek dan de essentie. Zoek de bron van al die woorden. Doorheen het geschreven woord kan je het Levende Woord ontmoeten en kan je God ontmoeten."

Jezus wordt elders in het Nieuwe Testament inderdaad omschreven als het Levende Woord - de meest expliciete wijze waarop God zich openbaart - Gods lichaam, Gods contactpunt met de mens. Hij is het aspect van God dat ondubbelzinnig aan mensen meegedeeld kan worden. Uit Gods onkenbaar uitgebreide woordenschat, sprak Jezus die woorden die voor de mens begrijpbaar zijn. Hij werd voor zijn tijdsgenoten diegene die zintuigen aansprak als tastbare en hoorbare God, en zo toegang zocht tot de innerlijke mens. En via de toenmalige verslaggevers ter plaatse, is Hij nu ook voor ons de leesbare God. De bijbel verzamelt al die woorden voor wie daarin geïnteresseerd is, al kost de kennisname soms wat moeite.

enkelvoud, alsof slechts één woord telt

Jezus is "het Woord". Enkelvoud, alsof slechts één woord telt. Niet één van de vele opties. Niet een woord dat past in de serie van "Ja, er is wel iets van. Ergens heeft hij wel gelijk. Misschien kunnen we er iets van leren", en dan terzijde wordt geschoven, want "Elkeen zijn gedacht". Het is een woord met zo'n grote aanspraken en zoveel pretentie dat het weerstand oproept en daarom niet zo gauw als citaat in een profane context wordt aangehaald. Confucius of Plato misstaan niet op een folder en verlenen zelf enig cachet… Jezus, Paulus, Johannes … daarentegen is not done.

"Het Woord" is anders dan de woorden van een willekeurig profeet, politicus of filosoof. Het is niet vrijblijvend, maar het brengt - wanneer het hart zich niet verzet - stilte en ontzag. Het raakt het diepste van de mens. Sprak die Franse priester, Guy Gilbert, niet zo'n woorden tijdens het huwelijk van prins Laurent? Een indrukwekkende, maar te zeldzame ervaring! Tijdens de kerkdienst was er die oorverdovende stilte… een stilte die meerdere dagen nazinderde in de media. In de evangelies lees je hoe het publiek versteld stond van Jezus' spreken. "Want Hij sprak met gezag, heel anders dan de schriftgeleerden." Over Guy Gilbert werd dat ook geschreven, want wat hij zei was door en door beleefd.

de schakel tussen mensen onderling

Jezus is het Ultieme Woord, dat de boodschap van de ganse Godheid samenvat. De samenvatting van alle belangrijke woorden. Synoniem voor liefde, licht en waarheid, kracht en leven, en tal van andere essentiële woorden. Het is basisvoedsel voor de mens, onmisbare zuurstof voor de ziel, want "Een mens moet niet van brood alleen leven; laat hij ook leven van elk woord dat God spreekt" (Matteüs 4:4).

Jezus is het woord dat denken, spreken en handelen wil inspireren en dat de krijtlijnen aangeeft voor het menselijk gedrag. Het woord dat echt belangrijk is en dat - eens begrepen en gegrepen - liefst ook wordt voorgeleefd en doorverteld. Het Woord vormt dan de schakel tussen mensen onderling. Het doet dienst als tolk, zodat mensen van uiteenlopende rang en stand, over de culturen en de tijden heen, elkaar begrijpen. Ja, het is bedoeld om doorheen tijd en ruimte, voor eeuwig en altijd, mensen in vrijheid te verenigen tot het lichaam van Christus - een dynamisch liefdevol multicultureel geheel.

In het boek Openbaring - ook geschreven door Johannes - wordt Jezus ook vermeld als de Alfa en de Omega. Jezus is dus niet alleen het woord bij uitstek. Hij is eveneens de eerste en de laatste letter van het alfabet. Elk onderdeeltje van elk woord komt uit Hem voort en zou ook zijn stempel moeten dragen. Wat een uitdaging om God die plaats te geven in het leven!

C.S. Van Audenard
- herwerkt in juni 2004 -

Lees verder "Waarom toch die bijbel? (III) - openbaring en geen filosofie"
Heb je de illustratie al bekeken?
Begin